Rouwpost

Er zat een hoge dichtheid
in de vrouw die aan mijn deur kwam.
Die mond, die lach, die krullen.
Ze verkocht kaarten voor het goede doel
en ik was haar niet vergeten.
Vorig jaar nam ik er al een paar,
maar had ze eigenlijk nooit gebruikt.

Haar lach verstilde
en brokkelde in stukken op mijn stoep.
“Ik was hier niet.
Niet eerder dan vandaag.”

Haar zusje

was na haar vakantie
in eeuwige rust gebleven
en in een laadruim teruggekeerd.
“Daarom loop ik nu haar kaarten.
Om iets van haar te houden.”

Nu liggen in mijn la dus
twee setjes
waar ik nooit iets mee zal doen.
“Dank u.
Voor uw gift enzo”, zei ze.
Enzo was denk ik
dat ik haar zusje had bewaard.

Geef een reactie