Pas naar voren,
pas opzij.
Pas op mij
(want ik houd geen maat).
Pas op de plaats.
Pas op mijn tenen
(snel op getrapt).
Passie verdwenen.
Passie terug.
Je hand op mijn rug.
Dan draai ik om jou
en alles om mij.
Hand in mijn zij.
Pas geleden
Pasje geleid.
Passie weer kwijt.
Eén stap verkeerd.
Pas geblokkeerd.