Jatten

Het was je achteloosheid denk ik,
je onderarmen ook
en het ritsje op je trui.
Zoiets zit daar niet toevallig.
Daar kies je voor.

Ik stelde me voor,
eerst aan jou
en daarna dat achter dat ritsje
je hart lag.
Voor het oprapen,
voor het stelen.
Voor het te laat zou zijn
en jij gewoon weer op zou staan,
alsof je er ook niks aan kon doen.

Ik hield je aan de praat
en aan beloftes
die je uit zou spreken als het was gelukt.
Ik hoefde alleen maar
mijn hand op je hart te krijgen.

Later die avond
legde ik het mijne op je tong
(je was volledig afverleid)
en liet mijn vingers zoeken.

Ik ging naar huis
met een pakje grote vloe
en hooguit wat gestolen schuld.

 

 

 

 

Geef een reactie