Het is net zoiets als met hondenjaren. Een uur online vergaderen staat gelijk aan acht reguliere kantooruren. Eén meeting kost je de energie en levensvreugd van een hele dag op de zaak. Vandaag had ik er drie. De afgelopen week had ik er 11. In de afgelopen maand 41 en sinds het begin van de pandemie 543. 543 keer 8 is 4344 uren aan wil om te leven die ik nooit meer terugkrijg. Mijn ziel zit inmiddels in mijn laptop. Beetje bij beetje uit mij het beeldscherm in getrokken. Hij hoeft nog maar zelden te worden opgeladen. Ik ben daarentegen oud geworden het afgelopen jaar. Ik zie het als ik in de spiegel kijk en ik voel het aan mijn te strakke broek, mijn stramme knieën wanneer ik mij van mijn bed naar mijn eettafel slash bureau slash patience tafel slash wijntafel slash pornobiostafel en weer naar mijn bed beweeg. Ik sport niet meer, ik date niet meer, ik weet niet meer waar ik nog naartoe zou moeten, behalve naar de Albert Heijn waar ik inmiddels mensenschuw doorheen schuif in de hoop dat ik niemand tegenkom die ik ken, omdat ik eruit zie als een dweil en driedimensionaal is dat nog erger dan op een scherm met een filter.
Pakketjes. Ik ben gaan leven voor pakketjes. In de hoek van de kamer stapelen zich de Zalandodozen op. Ik moet nog uitpakken, ik moet nog passen, ik moet nog retouretiketten plakken en ze meenemen op mijn eerste tripje naar de Appie om ze weer in te leveren, want er is geen enkele gelegenheid denkbaar dat ik daadwerkelijk ooit nog een knappe jurk aan zou hoeven of schoenen aan mijn voeten, anders dan mijn Crocs. Maar het is de jongen van de PostNL. Hij raakt me. Echt bedoel ik. Hij mag dat niet. Hij moet het pakje voor de deur zetten, aanbellen, mij gedag zeggen en weer gaan zodra ik het heb opgepakt. Maar één keer ging het mis. Ik zag hem voordat hij aanbelde, ik deed open en hij overhandigde mij het pakje, waarbij zijn hand heel even langs de mijne gleed. Die avond kroop ik achter mijn laptop, klikte pornhub weg en bestelde iets nieuws bij Zalando. Twee dagen moest ik wachten voordat hij weer voor de deur stond. En toen was hij het die wachtte. Hij wachtte met aanbellen tot ik hem zelf had gezien. En hij hield het pakje vast om het me zelf te overhandigen. Zijn hand, levend, in drie hele dimensies, zacht en warm, voor een fractie van een seconde langs de mijne. “Dankjewel”, zei ik. En hij glimlachte. Ik liep terug naar mijn tafel slash bureau slash enz en startte zoom. “Goeiemorgen allemaal” meende ik hardop. “Wat staat er op de agenda vandaag?”
3D was een schrijfoefening tijdens een cursus van Jan van Mersbergen. Het verhaal moest over de lockdown gaan en is binnen een half uur bedacht en geschreven.